Ik schreef er eentje voor je zus, dus doe ik dat ook voor jou. Mijn kleintje. Je bent dat hoe langer hoe minder, maar in mijn hoofd en hart zal je het altijd blijven. Ongelooflijk, hoewel eigenlijk niet. Het is niet ongelooflijk dat je al 7 bent. Ik zag je de voorbije maanden groeien. Letterlijk, je hebt wat van een flamingo op die lange slanke benen. Maar ook in je hoofdje ruimde de kleuter plaats. Het enige wat nog aan een kleuter doet denken, is je gezeur wanneer je je zin niet krijgt. En de hoeveelheid drama die je opvoert wanneer je gefrustreerd bent. Die frustraties worden veelal veroorzaakt door je grote zus. Soms door mama en papa. Zelden doordat iets jou niet lukt. Voornamelijk omdat je het zover niet laat komen en hulp inroept lang voor dat dreigt te gebeuren. Een sterke voorkeur voor geholpen worden, tja, ik herken het. Ik kan ook heel lastig worden als iemand niet onmiddellijk doet wat – alvast in mijn hoofd – heel duidelijk dient te worden overgenomen 🙂 Maar het is niet omdat ik het herken, dat ik er altijd heel erg mee opgezet ben. Dus maken we af en toe weleens ruzie, jij en ik.
Die ruzies duren zelden lang. Het berouw is namelijk onmiddellijk van je gezicht af te lezen zodra je doorhebt dat je te ver ging. Je bedoelde het zelden slecht. En je kan zo aandoenlijk berouwvol zijn dat dit moederhart al snel – te snel wellicht – smelt. Dan kom je alweer knuffelen. Gelukkig ben je daar nog niet uitgegroeid. Je houdt van knuffels en zoentjes. Die laatste mogen wat jou betreft gerust op de mond. Zeggen dat dat voorbehouden is aan liefjes, doet jou alleen maar harder op mijn mond mikken. Want dat tikje tegendraadsheid zit heel duidelijk in jou. Weinig waar je zo vrolijk van wordt als van je eigen plagerijtjes. Zelf geplaagd worden, kan je minder waarderen. Maar dat lachje wanneer je weer eens iets hebt uitgespookt en we het ontdekken, dat is geld waard. Af en toe drijf je het dus te ver. Vooral je zus wordt dan gek van je. En weigert nog met je te spelen. Jammer voor haar, maar dat vind jij geen straf…
Je lijkt weinig mensen rond je nodig te hebben. Als baby was je al heel rustig. Je kon urenlang op je wipstoeltje zitten schommelen en rondkijken. In tegenstelling tot je zus die altijd geëntertaind moest worden. En ook nu nog kan je je prima alleen bezig houden. Je zit dan in je eigen fantasiewereld. Veel speelgoed heb je zelfs niet nodig, eender welke schat je die dag ontdekte volstaat. En die ontdek je effectief wel elke dag. De zakken van je jas zitten steevast volgepropt met de gekste spulletjes. Vaak dingen die iemand anders achteloos weggooide – een kapot haarspeldje, een verpakking, een steentje of stokje, … – maar die jij prachtig vindt. Ik weet niet of het komt doordat je weinig belang lijkt te hechten aan gezelschap, maar je trekt anderen wel aan. Waar je verlegen zus het moeilijk heeft om vriendjes te maken in een nieuwe groep en die net wel heel graag wil, lukt dat jou probleemloos. Ze komen gewoon zelf naar je toe. Als je geen zin hebt in (hun) gezelschap, maak je dat wel duidelijk. In de rotsvaste overtuiging dat ze terugkeren. En dat doen ze meestal nog ook.
Wanneer je mij vraagt om mee te spelen, is dat steevast voor een gezelschapsspel. Spelletjes spelen, het is je favoriete bezigheid. Zolang je wint tenminste. Zo blij je bent wanneer dat gebeurt, zo verdrietig ben je wanneer je verliest. Geen drama, maar echte, gemeende tranen volgen er dan. En veelal verdwijnt dat spelletje dan voor een tijdje in de kast. Waarom iets spelen dat je niet kan winnen? De factor geluk, die bestaat voor jou nog niet. Zo was je heel lang volledig overtuigd dat je een kei was in Yahtzee. Want jij gooide dat altijd minstens één keer! Tot die keer dat het niet lukte natuurlijk… Je kiest je teamgenoten ook zeer doordacht. De eerste keer ben ik dat meestal. Ik heb de eer je favoriet te zijn. Maar als dat slecht uitdraait, zoals wanneer we Kubbs spelen bijvoorbeeld, kan ik het wel schudden en ga je de volgende keer resoluut voor je papa. Tja, zou ik ook doen…
In “Vlotte geesten” ben je sowieso onklopbaar. Zoals je met een duivelse grijns demonstreert aan onschuldige oma’s en opa’s of vriendinnetjes die langskomen. Dat je een vlotte geest hebt, daar twijfel ik ook geen seconde aan. Aan het eind van het eerste leerjaar, noem je nog steeds alle leerstof ‘papgemakkelijk’. Ik denk niet dat ik al ooit iets met je oefende. Buiten dan wanneer je er echt op stond, maar dat was telkens omdat je wilde tonen hoe goed je het kon… Je pikte natuurlijk al veel op van je grote zus. Het voordeel van de kleinste te zijn en je al 3 jaar te storen aan de quality time die het maken van huiswerk haar opleverde.
Ik vind je best pittig. Er zit wat in, zoals ze zeggen. Karakter dus. Maar ik hou wel van dat pit. Vooral omdat er binnenin een heel zachte kern zit. Achter die soms stoere façade, gaat een heel lief meisje schuil. Eentje dat mijn hart onmiddellijk wist te stelen, tja, hoe gaat dat met moeders en hun baby’s. Eentje dat volgens mij nog veel meer hartjes gaat stelen. De eerste aanbidder die dagelijks een briefje in je boekentas stopte is al gepasseerd. Jij reageerde erop met een schouderophalen. Dat hij gewoon een vriend was. Dat jij er ook niet kon aandoen dat hij zoveel briefjes schreef 🙂 Hij gaf het intussen op.
Gelukkige 7e verjaardag mijn lieve dochter. Geniet ervan, hij vliegt zo voorbij. En dan moet je weer een heel jaar wachten. En ik weer om de zoveel dagen vertellen hoe lang het nog duurt voor je weer jarig bent… 🙂

7 klappende zoenen voor deze lieve kapoen ❤️
LikeGeliked door 1 persoon